1. waar gebruik je water voor
1.1. het meeste om te douchen
1.2. de wc door te trekken
1.3. de wasmachine
1.4. maar 'n klein beetje om te drinken en eten
1.5. alles bij elkaar zo'n dikke
1.5.1. 100 liter
1.5.1.1. Dat is VEEL!
1.5.1.2. Je zou water moeten besparen
2. hoe maken ze drinkwater
2.1. van grondwater
2.1.1. grondlagen hebben 't water al gefilterd
2.1.2. dus hoeft 't alleen maar gezuiverd te worden
2.2. van rivierwater
2.2.1. in rivieren drijft veel troep
2.2.2. daarna moet 't erg vaak gefilterd worden
2.2.3. en dan pas gezuiverd
2.2.4. meer werk, dus duurder EN minder lekker
2.3. flessenwater is grond- of rivierwater
2.3.1. alleen duurder verpakt
2.3.2. en het vervuilt het milieu!
2.3.2.1. door transport
2.3.2.2. en vooral door het plastic
3. waterkringloop
3.1. de waterdamp condenseert tot waterdruppels
3.2. water verdampt uit de zee
3.3. wolken waterdruppels waaien naar het land
3.4. de waterdruppels vallen als regen op 't land
3.5. het water stroomt via sloten en rivieren naar de zee
4. Nederland verdroogt
4.1. waarom?
4.1.1. we gebruiken meer water dan dat er regen valt
4.1.2. regenwater wordt snel afgevoerd via 't riool
4.1.3. we pompen veel water op
4.1.3.1. drinkwater
4.1.3.2. planten sproeien in de zomer
4.2. Nadeel
4.2.1. straks is er te weinig grondwater voor drinkwater
4.2.2. drinkwater zal duur worden
4.2.2.1. want van rivierwater drinkwater maken is duur
4.2.2.2. en minder lekker, want drinkwater uit de grond is goedkoop EN lekker
4.3. daarom moeten we zuinig zijn met water
4.4. ideeën voor zuinig met water
4.4.1. spaardouche
4.4.2. kraan niet onnodig laten lopen
4.4.3. bespaarknop op wc
4.5. ideeën voor meer grondwater
4.5.1. regenwater gebruiken om de tuin te besproeien
4.5.2. regenwater niet op riool lozen
4.5.2.1. maar in de tuin laten lopen
4.5.3. vijvertjes om regenwater langzaam te laten wegzakken in de grond
5. waterzuivering
5.1. hoe gaat dat?
5.1.1. grof vuil eruit
5.1.2. bacteriën erbij die de poep opeten
5.1.3. lucht erbij anders stikken de bacteriën
5.1.3.1. bubbelbad!
5.1.4. alle zware dingen naar de bodem laten zakken
5.1.4.1. rust!
5.1.5. en 't schone water naar de rivier pompen
5.1.6. alle bacteriën en andere zware dingen heet "slib"
5.1.7. dat wordt afgevoerd, vergist, verbrand
5.2. biologische waterzuivering
5.2.1. met bacteriën
5.2.2. spoel geen dingen door 't riool die bacteriën dood maken
5.2.3. vergif/medicijnen/vet kunnen bacteriën er niet uithalen
6. soorten putten
6.1. hemelwaterafvoerputten
6.1.1. regen stroomt over de straat, en via deze put naar 't riool
6.2. drinkwaterputten
6.2.1. Via deze put kun je het drinkwaterbuizenstelsel controleren
6.3. drukriool
6.3.1. het riool moet met flinke druk naar de zuivering worden geperst
6.4. brandkraan
6.4.1. Bij brand zoekt de brandweer naar dit soort kranen.
6.5. peilbuis
6.5.1. hoe hoog staat het grondwater? Dat meten ze hier.
7. Vormen van water
7.1. vast
7.1.1. ijs
7.2. vloeibaar
7.2.1. water
7.3. gas
7.3.1. waterdamp
7.4. voorbeeld
7.4.1. fluitketel
7.4.1.1. water wordt heet en verdampt
7.4.1.2. de damp komt tegen de koude tegels en condenseert
7.4.1.3. en loopt als waterstraaltjes naar beneden
7.4.2. waterkringloop